Als je kijkt naar een film of toneelstuk dan lijkt het misschien of je voor acteren niet zo veel hoeft te kunnen. Professionele acteurs laten het er uit zien of het heel vanzelfsprekend is. Ze praten, bewegen en handelen ogenschijnlijk zoals ze in hun dagelijks leven ook doen, zo natuurlijk dat je zou kunnen denken: dat kan toch niet zo moeilijk zijn?
In de praktijk blijkt dat wel even anders, er komt meer bij kijken dan menigeen denkt. Ten eerste moet je, al naar gelang de grootte van je rol, een bepaalde hoeveelheid tekst uit je hoofd leren. En dat niet alleen: je moet ook nog weten wanneer je die tekst moet zeggen. Daarvoor moet je dus ook de teksten van je tegenspelers kennen. En natuurlijk moet je begrijpen wat je zegt en waarom je het zegt.
Op de toneelvloer moet je die tekst kunnen reproduceren en vaak tegelijkertijd ook nog handelingen verrichten. De tekst moet bovendien gearticuleerd en luid genoeg worden uitgesproken om ook achter in een volle zaal verstaanbaar te zijn.
Je moet onthouden waar je staat en wat je doet op welk moment, en wanneer je van A naar B moet lopen. Daarbij moet je er altijd op letten dat je niet met je rug naar het publiek gaat staan en dat je je tegenspelers niet ‘ afdekt’. Dat vereist lichaamsbewustzijn en gevoel voor plaats en ruimte. Je moet je kunnen inleven in je rolfiguur, in diens acties, reacties en emoties in de verbeelde situatie. Ook al staan die misschien ver van jouw eigen manier van reageren vandaan. De grootste kunst is vervolgens om dat alles op een geloofwaardige manier te doen. Het er uit te laten zien alsof alles wat zich voor de ogen van het publiek afspeelt, zich ter plekke voor de eerste keer voltrekt. Zelfs al heb je tekst al honderden keren gedaan.
Een beetje talent is meegenomen, maar om te kunnen acteren moet je dus over behoorlijk wat vaardigheden beschikken. Ook in het amateurtoneel. Elke donderdagavond tijdens de repetities zijn we dan ook druk doende de verschillende vaardigheden onder de knie te krijgen. Dat is, naast dat het heel erg leuk is en we veel plezier hebben, best een hele klus. Vooral voor de spelers met minder ervaring. Want wat moeten ze veel dingen tegelijk kunnen. En dat wil nog niet altijd lukken.
Bij ieder stuk denk ik heel soms wel eens ´oh oh…. Komt dit goed?’ De tijd is nog maar zo kort en er moet nog zo veel… Maar ik weet: natuurlijk komt dit goed. De ervaring heeft geleerd dat het altijd goed komt. Als het uur U nadert en de adrenaline door de aderen stroomt, dan komt bij alle spelers het beste naar boven en valt al het geleerde op z’n plek. Dus heb ik alle vertrouwen dat het publiek na het zien van onze voorstelling denkt: ach, dat toneelspelen, dat kan toch niet zo moeilijk zijn?
Door Mirjam Bosveld, Regisseur “Het Gebeuren”